Scenario van het relatiedrama |
Een (huwelijks)relatie is een dramatisch gebeuren, een schouwtoneel waarbij twee mensen
met elkaar verwikkeld zijn in een strijd om en trouw aan zichzelf en trouw aan elkaar
te zijn. Bij tijden lukt dit en op andere tijden leidt dit tot gevechten. Een
duurzame, monogame relatie is een alles behalve statisch gegeven. De relatie ontwikkelt
zich door de tijd heen, verloopt met ups en downs, blijft steken in bepaalde crises of
worstelt zich er doorheen.
Een relatie ontwikkelt zich volgens een vast patroon. Liberty Kovacs (hoofd van het
center for Marriage en Family therapie in Sacramento) omschrijft dit patroon als een
scenario met zes bedrijven. Aan de hand van dit scenario kunnen partners hun
moeilijkheden situeren als fasen van een natuurlijk proces.
Zij kunnen de zin ervan begrijpen en grip krijgen op het verdere verloop van het
relationele gebeuren. Partners construeren tezamen hoe hun relatie eruit ziet en welke
betekenis zij voor hen heeft. Zij zijn tezelfdertijd de acteurs en de auteurs van het
drama dat zij samen ontwerpen en dat zij samen op- en afbouwen.
Elk van de zes bedrijven kunnen we onthouden door de letters van het woord ELKAAR. De
bedrijven worden als volgt getypeerd:
E |
Eenheid, eensgezindheid, eenvormigheid: de partners leven MET elkaar. |
L |
Last van de verschillen, de partners streven TEGEN elkaar. |
K |
Kolonisatie en inpalming van terrein: de partners WALSEN over elkaar heen. |
A |
Afweer en verwerven van Autonomie: de partners staan LOS van elkaar. |
A |
Accomodatie en afstemming op elkaar: partners keren zich NAAR elkaar. |
R |
Reële relatie: de partners leven BIJ elkaar. |
Dit scenario met zijn zes bedrijven ontrolt zich als een groot levensdrama, gespreid
over het gehele (huwelijks)leven. En het speelt zich af in een kort bestek, tijdens
een weekend. Het scenario is zelfs te onderkennen in een korte discussie over koud of
warm avondeten. Altijd weer raken partners betrokken in het spanningsveld van de
verschillen tussen wat ik verlang en wat jij verlangt, tussen zelfrespect en respect
voor de ander.
De intensiteit waarmee het drama opgevoerd wordt, kan verschillend zijn. Nemen de
hoofdrolspelers van het drama zichzelf erg serieus en is de thematiek zwaar en beladen
en diep ingrijpend op het leven, dan is de stijl episch of tragisch. Dit is een drama
met helden en martelaars.
Weten de hoofdrolspelers met humor het spanningsveld te relativeren, dan bekijken zij
zichzelf als opvoerders van een alom bekend en daardoor ook enigszins grappig verhaal.
Een echte tragedie is het wanneer, zoals verder zal blijken, de partners in een van de
bedrijven blijven steken en vast zitten in de aldaar beschreven problematiek, zonder
dat zij bij machte zijn om het drama zijn verdere verloop te geven.
|
Eerste bedrijf: Eensgezind leven met elkaar |
Elk koppel start samen op basis van een gevoel van eenheid of eensgezindheid. De
partners zoeken driftig naar hun punten van overeenkomst. Zij halen, uit de
vermenigvuldiging van gegevens, die facetten naar boven die hen tot elkaars wederhelft
maken, waardoor zij zich samen als één ervaren.
In Plato's "Symposium" vertelt Aristophanes hoe bij aanvang (d.w.z. in principe) alle
mensen hermafrodieten zijn, met vier armen en vier benen en twee in tegenovergestelde
richting gedraaide gezichten op hetzelfde hoofd. Deze hermafrodieten waren, als een
organismische eenheid van hogere orde zo machtig, dat Zeus zich op een dag genoodzaakt
zag ze in tweeën te hakken, in een mannelijke en een vrouwelijke helft. Vanaf die dag
hunkert elke man en vrouw ernaar zich te verenigen met de wederhelft waarvan zij werd
afgesneden.
Aldus begint het scenario... Een man of vrouw wordt geraakt door bepaalde
karakteristieken van de toekomstige partner. Deze karakteristieken wekken sterke
resonanties op in het eigen gevoelsleven. Men voelt zich aangesproken. Een onvermoede
innerlijke activiteit komt op gang. Men voelt zenuwen trillen in de borststreek en de
fameuse vlinders fladderen in de buik. Voelt de andere partner, aan wiens aanwezigheid
deze gemoedsbewogenheid toegeschreven wordt, een soortgelijke resonantie in zichzelf,
dan gaan beiden zich aan elkaar hechten. De emotionele resonantie van de één
versterkt de resonantie van de ander, en vice versa. Zij worden op elkaar verliefd.
Het taalgebruik in dit eerste bedrijf wijst op de behoefte die men heeft aan andermans
nabijheid, om zelf tot een nieuw leven te komen. "Je hoort bij mij", "Ik hoor bij jou",
"Jij bent alles voor mij", "Jij bent uniek, de enige, de mijne", etc.
Het is inherent aan deze resonantie dat deze kan ontstaan door een minimum aan
overdracht van informatie. Men wordt verliefd zonder elkaar te kennen. Het gaat immers
in eerste instantie om wat in onszelf wordt wakker gemaakt. Men zoekt elkaars nabijheid,
men houdt van huidcontact en men geniet van een vurige tongkus. Men gaat met elkaar op
de loop, verzadigt zichzelf aan elkaars energie zonder elkaar echt te kennen. De
partners zoeken elkaars ogen (een machtig projectiescherm) en zien elkaar als perfect
en identiek. Hun liefde is nog blind voor de lastige verschillen.
Het scenario schrijft het aldus voor. Om een koppel te worden is er een gezamenlijke
bodem nodig. Gelijkgestemdheid en eenvormigheid leggen de grondslag voor wederzijds
begrip en wederzijdse bijstand en maken de bodem klaar voor bevredigende seks.
Eensgezindheid en symmetrie geven stabiliteit, harmonie en duurzaamheid, zoals de
symmetrie van een gebouw rust, statigheid en sterkte geeft.
Hoe noodzakelijk deze symmetrie ook moge zijn en blijven, er ligt een valkuil klaar.
Terwijl de beide partners elkaar beter leren kennen, ontdekken zij naast de
overeenkomsten ook belangrijke verschillen. Maar de vrees dat deze verschillen tot
conflict zouden kunnen leiden, maakt dat men, om de harmonie te bewaren, een stukje
eigenheid opoffert. Men plooit zich naar de ander, men geeft snel toe, men wil de
ander gelukkig maken. Zo wordt de harmonie behouden (soms jarenlang), ten koste van
een stuk zelfvervreemding. Naar buiten toe vormt men het ideale paar. Maar naar binnen
toe wordt de relatie vlak, gesprekken minder waarachtig en de seks minder intiem. En
zichzelf dicht men de verdienste toe van een echte, heroïsche liefde.
Sommige koppels houden, soms tegen beter weten in, vast aan deze harmonie. Zij komen
niet verder dan het eerste bedrijf. Nochtans voorziet het klassieke scenario dat,
vroeg of laat, verschillen onder ogen gezien moeten worden. Deze confrontatie met
elkaars verschillen is de uitweg uit de valkuil van dit eerste bedrijf.
|
Tweede bedrijf: De lastige verschillen: streven TEGEN elkaar |
De ontwikkeling van het scenario kan geschetst worden als een stroom. Bij de
samenvloeiing van twee rivieren vormt zich een stroom, symbool van eensgezindheid en
vereniging. De omgeving van het paar neemt het glas en toast op de eenmakende liefde.
Over de verschillen tussen de partners wordt niet gesproken.
Verschillen zijn, bij aanvang, boeiend. Zij wekken verwondering, nieuwsgierigheid en
avontuur op. Het is juist de asymmetrie in een gebouw die de aandacht trekt en een
gevoel van speelsheid, ondeugendheid en creativiteit wekt.
Binnen een (huwelijks)relatie zorgen verschillen voor beweging, vernieuwing, de
onverwachte verrassingen, kortom: voor het 'leven' in het leven. Genieten de partners
immers niet van het verschil tussen vrouwelijkheid en mannelijkheid? Het scenario
ontwikkelt zich gunstig wanneer beide partners zich de kwaliteiten van de ander eigen
kunnen maken. Dan worden zij communicerende vaten, die kwaliteiten naar elkaar
overhevelen. Zodoende verrijken zij zich zichzelf door elkaars verschillen en
vergroten zij hun eenvormigheid.
Maar, met sommige verschillen blijft men het lastig hebben. Gesnurk in bed. Rare keuze
van schoenen. Grote verschillen in opvatting over de aankleding van het huis, keuze
van vrienden, omgang met broers en zussen. Het uit zich in kleine voorvalletjes (zoals
een haar in de boter), maar wijst op diepe, niet verwoordde en moeilijk te verwoorden
discrepanties.
In dit tweede bedrijf klinkt een andere taal. "Jij bent veranderd", "je doet niet wat
je beloofd had", "ik voel me vervreemd van jou", "ik herken je niet meer". Hebben we
ons op elkaar verkeken? Wat gaat er verkeerd? Hebben we elkaar bedrogen?
De ene stroom deelt zich op in twee te onderscheiden armen, die als stromen uit elkaar
wijken. Vanuit de eenheid gezien, die zich duurzaam achtte, is dit een ontgoocheling.
Een teleurstelling over niet ingeloste verwachtingen. Angst kan de relatie
binnensluipen: "groeien we niet uit elkaar?" Heeft onze relatie nog wel toekomst? En,
"maken we de relatie niet kapot door al die ruzie?"
Want geruzied wordt er wel in dit tweede bedrijf. De woordenwisselingen ontaarden in
bekvechten en verwijten. Men vindt dat de ander onnodige last berokkent door vast te
houden aan het eigen standpunt. "Vroeger (eerste bedrijf) waren we toch toleranter en
vergevingsgezinder?". De grote valkuil in dit bedrijf is de blijvende wrevel over de
lastige verschillen die de eenheid van het koppel bedreigen. En ze vallen in de valkuil
te denken, dat verschillen in behoeften een catastrofe zijn voor de relatie. Soms wordt
de ruzie - vlug-vlug - bijgelegd omwille van de lieve vrede (of zodat de kinderen het
niet horen), maar de ruzie wordt niet opgelost.
De uitweg ligt in het bejegenend omgaan met de lastige verschillen: ze onder ogen zien,
erkennen, er iets bij mogen voelen en er rekening mee houden. Ofwel: verschillen
opnemen in de co-constructie van de relatie.
|
Derde bedrijf: Kolonisatie: over elkaar heen walsen |
Elke partner heeft wel bepaalde ideeën over hoe de ander zich zou moeten gedragen.
Iedereen construeert immers de werkelijkheid op een dusdanige manier dat ze hanteerbaar
wordt. We kunnen ervan uitgaan dat elke partner daarbij het beste voor ogen heeft. Men
poogt, om de lastige verschillen uit de weg te werken, de ander over te halen tot
verandering van houding, van inzicht, van geloof, in een richting die de onze is.
Op het moment dat men de persoonlijke visie (die in intermenselijke aangelegenheden
niets anders kan zijn dan subjectief) beschouwt als de enige ware, de juiste of de
normale, dan begint men psychologisch terrein van de partner in te palmen. Dit is een
vorm van kolonisatie: men wil de onwetende en onwillige partner bekeren tot het rechte
pad (ons pad). Een tot nu toe verborgen opvoedingsdrift komt uit de coulissen
tevoorschijn. "Als jij maar deed, wat juist is, nodig, normaal, etc., dan zou alles
goed gaan tussen ons.".
Om deze kolonisatie nog meer macht te verschaffen, beroept de kolonisator zich op
zogenaamd algemene wetten en uitspraken over normen. ("zo hoort het nu eenmaal") Deze
vormen van metabeheer maakt dat men zich als rechter, wetgever en betweter boven de
relatie stelt. Hierdoor keldert de gelijkwaardigheid van de partners.
Kolonisatie is ook een poging om controle te krijgen over de relatie. En deze
controledrang leidt tot machtsmisbruik, zodra de partner tegenspreekt of terug vecht.
Hier komt slaande ruzie van. Men kan grijpen naar de scherpste wapens, de meest
vernederende verwijten en de ruwste fysieke en psychologische mishandeling. De
verwijten worden aangedikt tot grove algemenismen en treffen de partner op de meest
kwetsbare plekken.
In dit derde bedrijf valt harde taal: "Je bent nog neurotischer dan je moeder.", "Je
bent nog 10 keer laffer dan je vader.", "Je geeft meer om je vrienden dan om mij.", "Je
bent een volstrekte egoïst.". De stortvloed is niet meer te stoppen, zeker niet wanneer
je partner van hetzelfde laken een pak snijdt. Dan kan een ruzie alleen maar escaleren.
Het tragische hierbij is dat alles start met een goede bedoeling, namelijk om de
relatie te redden van ondergang door onoverkomelijk lijkende verschillen. De partner
waar overheen gewalst wordt, ervaart dit als de grofste en meest vernederende situatie
die men zich kan voorstellen. Het maakt ook bij de vernederde partner negativiteit los,
samen met diens woede over de eigen onmacht van de dominante tegenstander.
In het scenario is ook voorzien, dat naar deze kolonisatie gegrepen wordt door de
partner die in het tweede bedrijf zichzelf teveel had weggecijferd. In zo'n geval is
de ander zich van geen vuiltje bewust en ervaart hij de losbarstende kritiek als een
donderslag bij heldere hemel.
Een losbarstende onweersbui kan de geladen atmosfeer van zijn elektriciteit ontladen.
Maar de grote valkuil in dit bedrijf van het drama is, dat men zich wederzijds
halsstarrig vastbijt in de machtsstrijd, de ruzie, wrok en koude oorlog, dat de relatie
eindigt in dit bedrijf, als een echte tragedie.
De uitweg moet gezocht worden in het doorworstelen van de volgende twee fasen van het
scenario.
|
Vierde bedrijf: Afweer, afzondering en autonomie |
Het was te verwachten tijdens het vorige bedrijf: kolonisatie roept verzet op.
Wederzijds, men zet zich schrap. Men pansert zich met een dik harnas om niet meer zo
gekwetst te raken. Aldus maakt men zich ontoegankelijk voor gevoel, ook voor de nog
sluimerende warme gevoelens. De afweer kan uitmonden in kilte en afstandelijkheid,
afgewisseld met buien van woede, onmacht en verdriet.
Mannen vluchten. Vrouwen stormen de mannen achterna. Een ruzie verwekt bij een man een
grotere neurofysiologische stress dan bij de vrouw. Misschien is zijn vluchtgedrag te
verklaren als een ontwijking van deze stress. De vrouw, die pijn en verdriet
makkelijker toelaat in haar bewustzijn, wil het niet bij geruzie laten. Zij stormt op
de man af om contact te maken, maar botst op zijn pantser als op een eiken deur die
vergrendeld zit. Zij blijft knokken op de deur, maar hoe harder zij knokt, des te meer
wordt de deur vergrendeld door de man. De relatie evolueert in dit bedrijf tot
wederzijdse vereenzaming. Er komen langduriger perioden van 'ontliefdheid": Het gevoel
is weg, ik voel niets meer voor mijn partner. "Ik heb geen verklaring voor het
plotseling wegvallen van elk gevoel van betrokkenheid".
In de taal van de hoofdrolspelers krijgt de autonomie de boventoon: "Ik kan voor mezelf
zorgen.", "Ik ben verantwoordelijk voor mij eigen geluk.", "Dacht je dat ik het niet
zonder jou kon?", "Ik ga mezelf eens wat meer serieus nemen.", "Ik red me wel, zorg jij
ook maar voor jezelf.".
De stroom is door een eiland van leegte in twee afzonderlijke stromen verdeeld. Een
scheiding hangt in de lucht of wordt realiteit. Men slaapt apart of gaat apart wonen,
in het ouderlijk huis, bij vrienden, of in een appartementje. Vindt men, in deze
precaire fase, begrip en troost bij een andere partner, dan ontwikkelt dit contact zich
heel gemakkelijk (vanwege het eerste, 'oogverblindende' bedrijf) tot een liefdesaffaire
die op haar beurt de afstand tot de eigen of oorspronkelijke partner vergroot.
De partners staan nu los van elkaar. Maar daardoor staan ze ook weer steviger op hun
eigen bodem, waarvan ze zich nu niet meer zullen laten vervreemden. Ze hervinden
zichzelf. Ze hebben indringende gesprekken met vrienden over de zin van samenzijn en
alleenzijn. Of ze zoeken psychologische begeleiding. Ze wroeten en worstelen om opnieuw
geboren te worden, om zichzelf te durven zijn. Er is ruimte voor onafhankelijkheid.
Deze onafhankelijkheidsstrijd bewerkt opmerkelijke en belangrijke veranderingen binnen
de relatie. De relatie wordt erdoor gezuiverd en gelouterd. Vindt men zijn eigen diepe
grondvesten, dan komt er ook weer aandacht voor de partner. Eigenlijk wil men trouw
blijven aan de partner, op voorwaarde dat men trouw kan blijven aan zichzelf.
De partners beseffen dat zij door het loskomen van elkaar, de relatie op het spel
zetten. Zij kunnen zich schuldig voelen omdat ze hun partner in de steek laten,
overgeleverd aan zichzelf. Ze zouden best samen verder willen leven, maar weten niet
hoe dit mogelijk zou kunnen zijn. En daar ze praktisch geen wezenlijke gesprekken meer
met elkaar voeren, blijven hun verlangens naar elkaar toe onuitgesproken en dus ook
onbegrepen.
Of dit bedrijf nu met veel gevoel voor drama wordt opgevoerd, of met ingehouden
beleefdheid, of het verspreid ligt over meerdere jaren, of dat het zich afspeelt in een
korte vakantie, het biedt winst doordat één of beide partners hun teloorgegane
eigenheid hervinden. De valkuil van dit bedrijf is dat de afgeslotenheid aangehouden
wordt en de relatie daardoor blijvend beëindigd is of immobiliseert. De uitweg uit deze
impasse is (en aangegeven door het scenario), om gesterkt door de trouw aan zichzelf,
de draad van de relatie weer op te pakken.
|
Vijfde bedrijf: Accomodatie en afstemming |
De partners die de moed hebben door alle bedrijven van het scenario heen te gaan,
stappen het vijfde bedrijf binnen in deemoed en met vergevingsgezindheid. Men geeft toe
dat men medebouwer was van het conflict en dat de eigen machtsstrijd en afzondering
deze van de partner hebben opgeroepen. Men wordt tevens vergevingsgezind vanuit het
besef dat de partner ook niets anders kon dan vechten voor zijn autonomie. Vanuit een
helderder en stabieler zelfbesef en zelfbeeld over het eigen recht van bestaan zoals
men is, kan men zichzelf ook een goede portie zelfkritiek toestaan. Men veroorlooft
zich een realistisch gewetensonderzoek, waardoor men een realistischer inzicht krijgt in
de relatiedynamiek. Merkt men een zelfde houding bij de partner, dan staat de weg open
tot verzoening.
Men doet zijn ogen open en merkt hoe anders de partner is (geworden), dan het beeld dat
men zich er voordien van gemaakt had. Er komt acceptatie van het feit dat men de
partner niet langer kan gebruiken om zijn eigen innerlijke wereld in stand te houden.
Het is geen makkelijke, maar bevrijdende stap naar het diepere wezen van de partner.
Men accepteert nu dat de partner niet aan al onze verlangens kan voldoen. Al durft men
nu beter op te komen voor wat men verlangt, men aanvaardt ook beter dat de partner niet
bij machte is om aan elke wens tegemoet te komen.
De taal van dit bedrijf kenmerkt zich door dialogen die acceptatie verwoorden van
ieders uniek-zijn: "Ik kan jou niet veranderen, net zo min jij mij kan veranderen.",
"Jij hebt jouw kwaliteiten, ik de mijne. Als we die op elkaar afstemmen, staan we
waarschijnlijk sterker dan alleen.".
Het heeft iets van een ontluistering, maar wel een ontluistering die bevrijding brengt.
De illusie dat de partner alles voor mij kan (eerste bedrijf) en de illusie dat ik mijn
partner naar mijn hand kan zetten (derde bedrijf) bleken zware desillusies. Maar de
onvrede, omdat men in de diepte voelt dat voorgaande denkbeelden illusies waren, wordt
opgeheven. Er komt meer ruimte voor realisme. Als de spanning wegvalt, leert men omgaan
met emoties. Er is geen agressief noch defensief gedrag meer nodig om de eigen autonomie
te bewaren. Gelouterd en gesterkt door de strijd durft men nu tegenspraak te bieden
met het groeiende vertrouwen, dat er daardoor geen oorlog uitbreekt.
Omdat er erkenning en begrip komt voor het wezenlijk anderszijn van de partner en
voor de daaruit voortvloeiende ongemakken, ontstaat er ruimte voor indringender gesprek
en overleg. Door overleg worden beider belangen behartigd en worden houdingen en
gedragingen afgestemd op elkaar. Deze afstemming op elkaar is een toenadering, waarbij
men rekening houdt met andermans mogelijkheden en begrenzingen, terwijl men zelf in de
mate van het mogelijke aan de ander tegemoet komt, zonder aan de eigen verlangens
voorbij te gaan.
Dergelijke gesprekken vergen een vrij goede communicatie-vaardigheid. Men verwerft deze
door vallen en opstaan tijdens de verschillende bedrijven.
Ook tijdens dit bedrijf kan men in een valkuil tuimelen. Namelijk de angst dat een
verdere affectieve toenadering wel mogelijk maar bedreigend is. Men vreest dat een
nieuwe toenadering een nieuwe verwijdering des te pijnlijker zal maken. Uit deze
valkuil is een uitweg, namelijk het besef dat beiden door de bedrijven heen heel wat
wijzer zijn geworden en dat nieuwe stormen beter te hanteren zullen zijn.
|
Zesde bedrijf: Reële relatie: leven BIJ elkaar |
Getekend door de strijd, gelouterd en bevrijd keren de hoofdrolspelers zich naar elkaar
en ze naderen elkaar tot ze dichtbij zijn. Ze vinden elkaar terug, zo geheel anders en
toch ook zo vertrouwd. Ieder had het unieke van de ander altijd al geweten, maar ze
niet geaccepteerd, eraan voorbij gegaan en het uit alle macht bestreden. Nu wordt dit
anderszijn in de ogen gekeken, gerespecteerd en bewonderd voor wat het voor de partner
betekent: het is diens identiteit, diens onvervreemdbare en unieke wezen.
De communicatie is open en waarachtig. Wat men voelt maar niet kan verwoorden, wordt
door de partner aangevoeld omdat deze bereid is onze wereld binnen te gaan en deze voor
ons te objectiveren. Men kan nu echt bestaan, omdat onze partner ons ziet en ons
bestaansrecht geeft. Men kan zichzelf vanuit de meest intieme diepte laten kennen,
zonder voorbehoud en terughoudendheid. Men spreekt vrijuit en men staat open voor de
reactie van de partner, wat die ook moge zijn. Men voelt zich goed en niet meer
geroepen de partner in bescherming te nemen. Na alle vorige bedrijven te hebben
doorgemaakt, weet de partner zichzelf staande te houden. Waar littekens zijn, zal men
geen nieuwe wonden maken.
Een dusdanige bejegening is eerlijk en liefdevol, en geeft een gevoel van warme
intimiteit. Het is intimiteit zelve. De partners zijn elkaar zeer nabij, zonder beslag
te leggen op elkaar of de ander de verantwoordelijkheid voor hun geluk toe te schuiven.
De verschillen, uit het tweede bedrijf, blijven. Zij kunnen ervaren worden als een
verrijking of als een last, maar ze worden hoe dan ook niet meer benoemd als 'beter' of
'slechter'.
In hun taal klinken paradoxen door: "Ik houd van je, eigenlijk ook dankzij je
onhebbelijkheden.", "Ik voel me heel dichtbij jou en ben toch ook dichtbij mezelf.", "Nu
jij trouw bent aan jezelf, kan ik je echt ontmoeten.".
Men laat zich ook door de ander geconfronteerd worden, wanneer deze facetten van
onszelf opmerkt die wijzelf niet kennen, en die pas in een eerlijk samenzijn onthuld
kunnen worden. Het gaat hierbij niet meer om wie het bij het rechte eind heeft, maar
het wordt een samen construeren van perspectieven die voor beiden zinvol blijken. Elk
herleeft omdat ieder de ander zijn levensruimte gunt. Zij ervaren dat ze zich volop
creatief kunnen uitleven, juist omdat ze bemind worden.
Deze intieme verbondenheid vormt een tweeledig organisme dat van een hogere orde is dan
elk van de partners afzonderlijk. Als zodanig is men als koppel beter gewapend tegen de
stormen van het leven, dan wanneer men er in zijn eentje tegenaan moet. Samen kunnen
projecten ten uitvoer worden gebracht, waaraan men als eenling niet eens kan denken.
Is er bij deze 'happy-end' nog een valkuil te noemen? Jazeker, de illusie als ware dit
het einde. Het schouwtoneel, met zijn dramascenario zal zich immers herhalen,
kleinschalig of grootschalig. Maar de hoofdrolspelers hebben goed geleerd en zullen
veel vlugger in het zesde bedrijf belanden en er langer verblijven.
|
Epiloog: de seksuele ontwikkeling |
Het lichaam is de ziel. Het lichaam is de concrete plek waar de ziel zich openbaart, op
een wijze die voor het rationele bewustzijn niet altijd te vatten is. Partners doen er
goed aan de boodschappen van het lichaam aandachtig te beluisteren.
Tijdens het eerste bedrijf speelt erotiek een grote rol. Verliefden worden erotisch
aangesproken door specifieke lichamelijke kwaliteiten: de stem, kleur van de ogen e.d.
Partners ervaren hun eenheid het sterkst in de seksuele gemeenschap. Deze krijgt dan
ook veel tijd en aandacht toegemeten. Zij vormt de grondslag van de relatie en is dus
het diepste gegeven waarin de mens zich in zijn totaliteit (spiritueel, psychisch,
lichamelijk en relationeel) verbindt met de partner.
Het zijn vaak verschillen in seksuele gevoeligheid, ritme en stijl, die het tweede
bedrijf inluiden, vooral als deze verschillen als een bedreiging van de heerlijkheid
der fusie worden ervaren.
Seksuele problemen zijn meestal een signaal van de ondergrondse machtsstrijd die in het
derde en vierde bedrijf gevoerd wordt. Het vrijen wordt tot een psychologische leugen
of verkrachting. Er wordt bevrediging geveinsd terwijl de seks niet veel meer is dan
een biologische bevrediging. Na het neuken keert men elkaar de rug toe, terwijl de ziel
hongerig blijft. De seksualiteit verliest haar ziel. Het is dan ook te begrijpen dat de
seksualiteit hier geen plek meer heeft. Het vrijen blijft achterwege. Men heeft er geen
zin meer in. Hetgeen door de partner geïnterpreteerd wordt als de zoveelste machtsgreep
of als de zoveelste belediging.
Tijdens het vijfde bedrijf herinnert het seksuele lijf zich weer de vroegere
verbondenheid met de partner. Het vrijen komt weer voorzichtig op gang, veelal anders
dan vroeger, behoedzamer en behaaglijker.
De echte intermenselijke intimiteit van het zesde bedrijf uit zich in de fysieke
tederheid en seksualiteit. Intimiteit betekent hier een volstrekt waarachtige openheid
voor het spirituele, psychische, lichamelijke en relationele leven waarin men zowel
zichzelf als zijn partner nabij is. Deze ontmoeting kan men 'ziel' noemen, de ziel van
de relatie.
|